Het orgel

Het orgel werd in 1964 gebouwd door de firma Verschueren (Heythuysen) voor de Gereformeerde Cypreskerk in Den Haag.

Als gevolg van het Samen-op-Wegproces werd deze kerk in 1998 verkocht aan een Pinkstergemeente, waardoor het orgel overcompleet werd. Het is naar Hengelo overgeplaatst door BAG Orgelmakers te Enschede. Onder advies van Gijs van Schoonhoven zijn daarbij enkele wijzigingen aangebracht in dispositie en intonatie. De oorspronkelijke Quint 2 2/3' is vervangen door de Sifflet 1' en aan het pedaal werd de Fagot 16' toegevoegd. De Sexquialter van het Borstwerk is voorzien van twee standen: bij het half open trekken van dit register spreekt alleen het Quint-koor, geheel opengetrokken spreekt ook het Terts-koor.

Op vrijdag 24 november 2000 is het orgel in gebruik genomen met een concert door Gijs van Schoonhoven.
 

De dispositie is nu: Hoofdwerk (C-g3): Prestant 8' Roerfluit 8' Octaaf 4' Quintadeen 4' Spitsfluit 2'  Mixtuur 3-4 st. Trompet 8'     Borstwerk (C-g3): Holpijp 8' Prestant 4' Speelfluit 4' Octaaf 2' Sifflet 1' Sesquialter 2 st. (in halfopen stand klinkt lleen 2 2/3') Dulciaan 8'   Pedaal (C-f1): Boudon 16' Prestant 8' Schalmei 4' Fagot 16' Tremulant

Koppel: I-II, Ped.-I, Ped.-II (uitgevoerd als treden)
Winddruk: Hoofdwerk en Borstwerk 65 mm. wk, Pedaal 78 mm wk.

Toonhoogte: a1 = 440 Hz. Temperatuur: evenredig zwevend.